Sinds 1 januari 2022 hebben bedrijven in de techniek te maken met de nieuwe afspraak Veiligheid in Aanbestedingen (ViA), die hen bij aanbestedingen verplicht tot het hebben van een kwalificatie op de Veiligheidsladder. Vóór invoering besteedde ArboTechniek de nodige aandacht aan dit onderwerp. Nu – ruim een halfjaar na de invoering van de ViA – is het tijd om eens de balans op te maken. Hoe vergaat het de bedrijven? Waar loopt men tegenaan? En wat zijn de voordelen? Een enthousiaste bedrijfsleider vertelthet aan Arbotechniek.
Werkvoorraden, personeel, processen, opdrachtgevers. Als bedrijfsleider bij de Siers Groep heeft Egon Teunissen veel op zijn bord liggen. “Maar voor mij is de rode draad veiligheid.” Egon werkt al dertig jaar in de ondergrondse infra en kwam in die jaren vaak in aanraking met het thema veiligheid. “Ik was er al mee bezig toen het nog in de kinderschoenen stond. Vroeger was veilig en gezond werken namelijk echt een ondergeschoven kindje. Financiën stonden toen voorop. Tegenwoordig beseft men dat kwaliteit en veiligheid topprioriteit verdienen, en dat investeringen hierin óók tot betere bedrijfsresultaten leiden.”
Veiligheid in het DNA
Wie met Egon praat, merkt al gauw dat veiligheid in zijn DNA zit. En daar komt sinds enige tijd óók de Veiligheidsladder (SCL) bij kijken. “Mijn werkwijze past goed bij dit nieuwe veiligheidssysteem. Er is aandacht voor thema’s als gedrag, het individu, plezier, teamspirit, proces. Want voor mij is de sociale veiligheid even belangrijk als de fysieke veiligheid. Dat mensen zich prettig voelen, elkaar durven aan te spreken, dat ook accepteren van elkaar en met een goed gevoel weer naar huis gaan. Ook dát draagt bij aan de veiligheid. Maar dat begint wel met gedrag. En daarbij past de Veiligheidsladder uitstekend als instrument.”
Van ’moeten’ naar ‘willen’
Hoe is Egon in aanraking gekomen met de Veiligheidsladder? Hij vertelt: “We waren altijd al bezig met veiligheid, alleen was het veiligheidsbewustzijn niet tastbaar. Toen de Veiligheidsladder werd geïntroduceerd in de ondergrondse infra, werden we getriggerd om het veiligheidsbewustzijn meetbaar te maken. Eerst denk je: ‘maar we leveren toch kwalitatief goed werk?’ Je moet er echt aan wennen, tot je ‘m begint te begrijpen. Wat ik heel mooi vind, is het proactieve van de hogere treden op de ladder; de eerste twee treden zijn meer reactief. Treden één tot en met drie bevatten veel goede dingen, maar daar gaat het vooral om pas acteren als iets gebeurt. Daarboven gaat het écht om het promoten van veilig gedrag.” Wat is de waarde van de Veiligheidsladder? Egon: “Dat je van ’moeten’ naar ‘willen’ gaat. Dat mensen zelf gaan nadenken: ‘werk ik hier wel veilig?’ We weten inmiddels dat top-down niet werkt, en de Veiligheidsladder helpt ons een organisatie-brede beweging op gang te brengen. Nog sterker: het werkt door in de hele keten! Want we betrekken zowel onze onderaannemers als opdrachtgevers bij het vergroten van het veiligheidsbewustzijn. Veiligheid is immers het resultaat van onze gezamenlijke inspanning.”
Veiligheid als vliegwiel
Egon geeft aan dat hij en zijn collega’s bij Siers bezig zijn met gedragsverandering op gebied van veiligheid, maar hierbij wel een uitgesproken positieve insteek kiezen. “Dat werkt gewoon veel beter. Over het algemeen doen we als mensen veel dingen goed, maar zijn we snel geneigd de focus te leggen op dingen die niet goed gaan. Wij leggen de focus op dingen die goed gaan, en besteden extra aandacht aan dingen die beter kunnen door er een verbeterteam op te zetten, een campagne te voeren of een plan te maken. Wat moet er beter? En daarna gaat de aandacht weer direct op de dingen die wel goed gaan. Daar móet je energie in steken, want dan gaan mensen het zelf ook leuk vinden. En dan gaat het vliegwiel als vanzelf steeds harder draaien. Dat is altijd weer mooi om mee te maken!”