Wereldwijd opereren, miljoenen klanten bedienen én tegelijkertijd duurzaam veranderen. Dat is een enorme opgave. Toch wil L’Oréal als grootste beautymerk ter wereld vooroplopen in de groene transitie. Met circulaire innovaties, slimme fabrieken en gedragsverandering moet de klimaatimpact van beauty flink naar beneden.
L’Oréal for the Future. Zo heet het wereldwijde duurzaamheidsprogramma dat L’Oréal in 2020 lanceerde. Doel? Tegen 2030 klimaatneutraal opereren, waterverbruik minimaliseren, plastic terugdringen zoveel mogelijk hernieuwbare grondstoffen gebruiken. Alle 38 merken van het bedrijf doen mee. In Nederland is het merk in ieder geval hard op weg om die doelstellingen te halen. Zo heeft inmiddels al 93 procent van de ingrediënten in de L’Oréal-producten hier een duurzaam karakter.
De Waterloop-fabrieken
Wat minder zichtbaar blijft voor consumenten is de manier waarop het bedrijf het eigen productieproces aan het verduurzamen is. Deze ambitie zien we ook terug in de hypermoderne Waterloop-fabrieken. Dit zijn productielocaties waar water zoveel mogelijk wordt hergebruikt, waardoor er nauwelijks nog vers water nodig is. ‘We gebruiken water alleen nog als ingrediënt in onze producten,’ zegt Bechir Ben Salah. Hij leidt één van de Waterloop-fabrieken in België. ‘Voor alles daaromheen, of het nu gaat om schoonmaken of de opwek van stoom, draait de fabriek op een slim intern recyclingsysteem. Zo wordt afvalwater in meerdere stappen gezuiverd en opnieuw ingezet in het proces.’ Het resultaat? Een indrukwekkende daling van het waterverbruik met maar liefst 90 procent in tien jaar tijd.
Inmiddels zijn vijf fabrieken volledig omgebouwd tot Waterloop-site, goed voor 21 procent van het wereldwijde totaal. En dat is volgens Ben Salah pas het begin: in 2030 moeten álle fabrieken op deze manier werken. ‘De grootste uitdaging zat niet in de technologie, maar in het aanpassen van processen. We hebben eerst precies in kaart gebracht waar we water gebruikten en vervolgens gekeken hoe we dat op elk punt konden hergebruiken’, aldus Ben Salah. Die aanpak levert niet alleen milieuwinst op, maar ook erkenning van buitenaf. De Waterloop-aanpak wordt inmiddels gezien als benchmark in de sector.

AAA-rating
De Waterloop-fabrieken van L’Oréal zijn beloond met de hoogste duurzaamheidsratings van onder meer CDP en EcoVadis. CDP beoordeelt bedrijven op hun transparantie en prestaties rond klimaatverandering, waterbeheer en ontbossing. Een AAA-score betekent dat een bedrijf op alle drie deze thema’s excelleert. EcoVadis kijkt breder en toetst onder andere op milieu, arbeidsrechten, ethiek en duurzaam inkopen. L’Oréal behaalde hier een Platinum medaille, wat alleen is weggelegd voor de top 1% van best scorende bedrijven wereldwijd.
Maar waterbesparing stopt voor L’Oréal niet bij de fabriekspoort. Ook het waterverbruik bij klanten staat volop in de aandacht, want daar ligt immers een groot deel van de totale impact. Daarom innoveert het bedrijf met producten zoals vaste shampoobars, geconcentreerde formules en een leave-in conditioner. Die kun je aanbrengen op nat haar en vervolgens laten zitten, zonder uit te spoelen. Het hydrateert, voorkomt pluis en maakt het haar beter doorkambaar. Zo wordt niet alleen het haar verzorgd, maar ook water bespaard omdat mensen korter douchen. Verder werkte L’Oréal mee aan de ontwikkeling van een innovatieve douchekop voor kapsalons, via een investering in een startup. Die douchekop micro-vernevelt water, wat leidt tot maar liefst 69 procent minder verbruik.
De consument: wil wel, doet (nog) niet
Toch zijn dit soort innovaties niet de enige puzzel die L’Oréal moet leggen, op de route naar een duurzame toekomst. Minstens net zo’n grote uitdaging is het gedrag van de consument. Uit het duurzaamheidsonderzoek van Kantar (2024) blijkt dat veel mensen duurzaamheid weliswaar belangrijk vinden, maar moeite hebben om dit te vertalen naar concrete acties. Dit fenomeen staat bekend als de say-do gap. Zo geeft de helft aan dat ‘mensen zoals ik iets moeten doen tegen klimaatverandering’ en denkt 44% dat je als individu echt verschil kunt maken. Maar in de praktijk verandert slechts 16 tot 25% van de mensen ook daadwerkelijk hun gedrag. En als het over personal care gaat, zegt maar liefst 60% van de respondenten aan nog helemaal niets te hebben aangepast. De belangrijkste belemmeringen? Gebrek aan duidelijke informatie, te hoge prijzen en wantrouwen richting merken.
Sturen op gedragsverandering vereist in ieder geval slimme communicatie. Daarom zet L’Oréal breed in op bewustwordingscampagnes, samenwerkingen met retailers en influencers die laten zien hoe duurzaamheid praktisch en aantrekkelijk kan zijn. Navulverpakkingen bij Etos en Kruidvat zijn hier een voorbeeld van. Deze bevatten 60% minder plastic en zijn gemaakt van één type materiaal, wat recycling makkelijker maakt.
Daarnaast richt het bedrijf zich op educatie. Niet door met het vingertje te wijzen, maar door inzicht te geven in impact.
Zo maakt L’Oréal deel uit van EcoBeautyScore Consortium. Dit is een wereldwijd initiatief waar 50 cosmeticabedrijven en brancheverenigingen in zitten. Het heeft als doel een sectorspecifiek systeem te ontwikkelen voor het beoordelen en scoren van de milieu-impact van cosmeticaproducten. Hiermee wordt ingespeeld op de groeiende vraag van consumenten naar meer transparantie. Zo probeert L’Oréal de consument mee te nemen van intentie naar actie.
Duurzaamheid als norm
En dan zijn er ook nog andere uitdagingen. Want een echt duurzaam en circulair bedrijf word je niet van vandaag op morgen, zeker niet als je de omvang hebt van L’Oréal. Neem het gerecycled PET als voorbeeld. Het bedrijf wil in 2030 50% minder virgin plastic in de verpakkingen hebben verwerkt ten opzichte van 2019. De beschikbaarheid van materiaal staat echter onder druk. Grote recyclers zijn omgevallen en regelgeving maakt het moeilijk om materiaal over grenzen te vervoeren. Dit wordt namelijk als afval beschouwd en dat mag je niet zomaar exporteren.
Ook heeft L’Oréal te maken met de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid (UPV), waarbij bedrijven verantwoordelijk zijn voor het afval van hun producten. De wetgeving hierover is vaak complex of inconsistent. Toch blijft L’Oréal koersvast en kiest het voor een duurzame toekomst, met 2030 als belangrijk baken. Transparantie, meetbare doelen en continue innovatie zijn daarin belangrijke drijvers. En is het besef dat de echte duurzame revolutie pas slaagt als ook de consument meebeweegt.
Met dank aan Change inc